Op 14 november 2022 publiceerde de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) een analyse van recent gepubliceerde onderzoeken over de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR). De NOB concludeert dat de negatieve houding jegens de BOR in deze onderzoeken voorbarig is. De NOB pleit voor nader onderzoek waarbij men rekening houdt met een andere, juiste, invalshoek. Pas dan kan met zekerheid worden gesteld en beslist of, en zo ja, op welke wijze de BOR aanpassing behoeft. RSM is het met de NOB eens, dat het belang van de continuïteit van een familiebedrijf het uitgangspunt moet zijn van onderzoek naar de BOR.

Het geluid uit veel onderzoeken en (wets)voorstellen is dat de huidige BOR (te) ruim is. De NOB is van mening dat deze conclusies gestoeld zijn op een niet voldoende onderbouwd onderzoek. De kern van de kritiek is tweeledig:

  1. De beoordeling of de belasting ten tijde van de overdracht van een onderneming betaalbaar is (een foto) is een onjuist uitgangspunt. Het uitgangspunt van onderzoek zou moeten zijn of de onderneming in continuïteit gezond blijft (een film);
  2. Er wordt teveel gekeken naar de betaalbaarheid van belasting (kwantitatieve analyse). Het uitgangspunt van onderzoek zou moeten liggen bij het rekening houden met de continuïteit van de onderneming in een brede economische en maatschappelijke context (kwalitatieve analyse).

Continuïteit als wegende factor

Dat de continuïteit van een familiebedrijf van groot, misschien wel het grootste, belang is bleek ook uit het onderzoek dat RSM in 2020 in samenwerking met Nyenrode Business Universiteit heeft gedaan als gevolg van de bouwstenennotitie. Uit dit onderzoek bleek dat 88% van de familiebedrijven het grootste deel van de gerealiseerde winst van de onderneming gebruikt om nieuwe investeringen te doen in de onderneming. Verder blijkt dat: “bij een derde van alle familiebedrijven bijna het gehele familievermogen van de eigenaren vastzit in het familiebedrijf, en bij de helft van alle familiebedrijven ligt minimaal 75% van het familievermogen van de eigenaren vast in het bedrijf. Eigenaren kiezen er dus voor om hun vermogen in het familiebedrijf te laten om te investeren in hun bedrijf in plaats van het uitkeren van dividend.” Het afschaffen van de BOR zal dan ook ten koste gaan van toekomstige investeringen door familiebedrijven. De verschuldigde belasting zal namelijk worden onttrokken aan de onderneming en dat kan problematisch uitwerken.

Het familiebedrijf in bredere context

De NOB geeft aan dat bij grotere ondernemingsvermogens de grote financieringsbehoefte wordt onderschat nu hun bijdrage aan het nationaal bruto product niet in acht wordt genomen. Dit onderschrijven wij zonder meer. Het is daarbij wellicht nog overtuigender voor de politieke partijen dat een afschaffing of sterke versobering van de BOR invloed naast innovatie en duurzaamheid ook invloed kan hebben op de werkgelegenheid. Uit het hiervoor genoemde onderzoek van RSM met Nyenrode Business Universiteit bleek namelijk: “Familiebedrijven vormen de hoeksteen van de economie en houden de werkgelegenheid in stand juist omdat zij financiële buffers hebben opgebouwd.” Indien deze financiële buffers worden aangetast als gevolg van afschaffing of een sterke versobering van de BOR, kan dit ten koste gaan van de werkgelegenheid. De: “Afschaffing of een sterke versobering van de BOR zal hoogstwaarschijnlijk een besparing voor de Nederlandse schatkist opleveren voor de korte termijn, maar de gehele Nederlandse economie, inclusief de schatkist, op de lange termijn zal schaden.”

Verlies van jong talent

Volgens het onderzoek van RSM en Nyenrode Business Universiteit geeft: “56% van de familiebedrijven aan (…) dat een afschaffing van de BOR zal leiden tot uitstel van de bedrijfsoverdracht. Waardoor de doorstroming van jong talent wordt gefrustreerd en ondernemers enkel en alleen om fiscale redenen langer aanblijven als directeur.” Dit komt voort uit het geven dat: “bijna 60% van de familiebedrijven het (zeer) onwaarschijnlijk acht dat de erfgenamen bij afschaffing van de BOR in staat zijn om de verschuldigde belasting te voldoen” en “58% van de familiebedrijven stelt dat hun bedrijf in gevaar komt als de verschuldigde belasting na vererving uit de onderneming moet worden gehaald.”

Nader onderzoek geboden

We kunnen dan ook niet anders concluderen dat nader onderzoek naar de BOR geboden is, waarbij men de continuïteit van de familiebedrijven meeweegt. Pas na gedegen onderzoek kan worden geconcludeerd of en hoe de BOR aanpassing verdient.

Update UBO-register

Verder informeren wij u graag kort over een recent belangrijke uitspraak zoals gepubliceerd door het Hof van Justitie en de Europese Unie. Op 22 november 2022 heeft het Hof uitsprak gedaan ten aanzien van het Luxemburgse UBO-register, welke vergelijkbaar is met het Nederlandse UBO-register. Het Hof concludeerde dat het Luxemburgse UBO-register, als algemeen publiekelijk toegankelijk middel, onvoldoende onderbouwd en dus ongeldig is. Deze uitspraak heeft mogelijk ook gevolgen voor het Nederlandse UBO-register. De Minister van Financiën heeft derhalve de Kamer van Koophandel gevraagd tijdelijk geen informatieverstrekkingen uit het register te verzorgen. De Kamer van Koophandel geeft hier uitvoering aan tot nadere besluitvorming. De uitspraak is overigens niet van invloed op de plicht voor juridische entiteiten om UBO’s te registreren.

Meer informatie?

Indien u meer wilt weten over deze onderwerpen en de (eventuele) gevolgen voor uw situatie, neem dan contact op met uw RSM-adviseur of via [email protected] of  020 - 635 20 00.