Met het invoeren van een aantal regelingen tracht het kabinet de financiële en fiscale gevolgen van de coronacrisis voor de maatschappij te beperken. Wij hebben in eerdere berichten deze regelingen uiteengezet. Recentelijk zijn er nieuwe maatregelen bekendgemaakt door de regering en is een aantal verduidelijkingen doorgevoerd.
Met dit TaxAlert willen we u op hoogte brengen van de meest recente ontwikkelingen.

Beleidsbesluit fiscale maatregelen coronavirus

In een beleidsbesluit van 14 april 2020 is een aantal nadere financiële en fiscale maatregelen in verband met de coronacrisis voorgesteld. Hieronder lichten wij een aantal van deze aanvullende maatregelen toe.

Uitlenen van zorgpersoneel blijft buiten de btw-heffing

Soms wordt zorgpersoneel ook uitgeleend door ondernemers buiten de medische sector. De regering heeft besloten dat het uitlenen van zorgpersoneel is vrijgesteld van omzetbelasting, ongeacht wie de uitlener is. Aan de toepassing van de vrijstelling is een aantal voorwaarden verbonden, waaronder eisen aan de inlener, factuurvereisten en de in rekening te brengen bedragen.

Overigens wordt het aftrekrecht van de uitlener niet geraakt door het uitlenen van personeel onder deze vrijstelling.

Gratis ter beschikking stellen van medische hulpgoederen en apparatuur 

Indien aan zorginstellingen, zorginrichtingen en huisartsen gratis medische hulpmiddelen worden verstrekt, dan hoeft daar geen btw over betaald te worden.

De ondernemer die de medische hulpmiddelen verstrekt, kan de btw op de gemaakte kosten ten aanzien van deze verstrekking in aftrek blijven brengen op zijn aangifte. De mate van aftrek wordt bepaald aan de hand van de reguliere bedrijfsactiviteiten, waar de gratis verstrekking van de medische hulpmiddelen geen onderdeel van is. Ook hier gelden bepaalde voorwaarden.  

Verlaagd btw-tarief sportscholen

Doordat de sportscholen gesloten blijven, worden veelal online sportlessen gegeven aan leden. De Staatssecretaris heeft besloten dat ook het online geven van sportlessen onder het verlaagde btw-tarief valt. Deze goedkeuring geldt totdat de verplichte sluiting wordt opgeheven.

Vaste reiskostenvergoeding

Veel werkgevers spreken met werknemers een vaste onbelaste vergoeding af voor het woon-werktraject. Door de maatregelen rondom de coronacrisis zullen de reisgewoonten, en de daarmee samenhangende kosten, voor een werknemer mogelijk veranderen. Hierdoor zou een werkgever de vaste onkostenvergoeding moeten aanpassen of in sommige gevallen (partieel) tot het loon moeten rekenen. In het beleidsbesluit wordt goedgekeurd dat de wijzigingen in het reispatroon van de werknemer geen negatieve gevolgen heeft voor de duur van het besluit.

Betalingskorting en invorderingsrente

Onder voorwaarden kan voor de inkomsten- of vennootschapsbelasting een betalingskorting worden verkregen bij de betaling van een voorlopige aanslag.  Deze betalingskorting is gerelateerd aan het percentage van de invorderingsrente en wordt door middel van een voor bezwaar vatbare beschikking vastgesteld. Nu de invorderingsrente in een eerder stadium is verlaagd naar 0,01%, zal ook de betalingskorting lager zijn. In het besluit wordt de mogelijkheid geboden om bezwaar te maken tegen de vaststelling van de betalingskorting en kan worden verzocht om het hogere bedrag aan betalingskorting aan te houden.

Tevens wordt goedgekeurd de te vergoeden invorderings-rente, ten gunste van burgers en bedrijven, op 4% te houden.

Overige maatregelen

In het beleidsbesluit wordt ook een nadere invulling gegeven omtrent de verschuldigdheid van Energiebelasting en Opslag Duurzame Energie en Klimaattransitie (ODE). Daarnaast worden termijnen met betrekking tot de terugwerkende kracht tot begin boekjaar voor de geruisloze omzetting (en terugkeer) en de bedrijfsfusie, juridische fusie en splitsing nader uitgewerkt om problemen door de coronacrisis te beperken.  Als laatste interessant punt wordt opgemerkt dat in het pakket Belastingplan 2021 met terugwerkende kracht zal worden geregeld dat de tegemoetkoming op grond van de TOGS niet tot de winst zal behoren.

Extra maatregelen landbouw

Op 15 april 2020 heeft de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aanvullende maatregelen op het noodpakket aangekondigd. Deze additionele maatregelen zijn nodig omdat het huidige pakket van maatregelen in sommige gevallen onvoldoende ondersteuning bood. Met name in de sierteelt en in onderdelen van de voedingstuinbouw worden situaties gevonden die nadere regelgeving nodig hebben om deze sectoren tegemoet te komen. De regeling zal een financiële compensatie bieden om onder andere de onvermijdelijke seizoensgebonden loonkosten te kunnen betalen bij een forse omzetdaling . Naar het laat aanzien zal in ieder geval de eerste 30% van de omzetderving voor rekening van de ondernemer komen. De staat zal de resterende 70% voor een ‘aanzienlijk’ deel compenseren.  

Voor telers van fritesaardappelen zal ook extra compensatie worden geboden. De overheid stelt een vergoeding ter beschikking voor deze groep ondernemers, waarbij de vergoeding wordt vastgesteld op basis van 1 miljoen ton aardappelen die niet meer verwerkt kunnen worden tot frites (dit seizoen). De hoogte van de vergoeding wordt vastgesteld op 40% van de gemiddelde marktwaarde in de periode september 2019 tot en met februari 2020.

Om zeker te stellen dat alle bedrijven die aanspraak maken op de hier bovenstaande regelingen ook daadwerkelijk steun ontvangen, zal de vergoeding per bedrijf worden geplafonneerd.  Een beroep op de regelingen kan via het RVO worden gedaan.

Verduidelijking bijzonder uitstel van betaling

Indien bijvoorbeeld een naheffingsaanslag loonbelasting of vennootschapsbelasting is opgelegd kan men tegen deze aanslag bezwaar maken. Recentelijk is toegezegd dat uitstel van betaling automatisch wordt verleend voor drie maanden en tevens voor alle naheffingsaanslagen zal gelden. Het is dus niet nodig om per naheffingsaanslag bijzonder uitstel aan te vragen. De termijn van drie maanden gaat lopen op het moment van het eerste verzoek tot uitstel van betaling. Vanaf 1 juni zal de belastingdienst echter de invordering weer hervatten. Als er derhalve op 1 april uitstel is aangevraagd dan loopt de termijn van 1 april tot 1 juni. Er kan overigens wel om extra uitstel van betaling is gevraagd. Voor dit extra uitstel zal wel een verzoek bij de belastingdienst moeten worden ingediend met nadere motivering van het verzoek en in sommige gevallen een verklaring van een derde-deskundige.

Gebruikelijk loon directeur-grootaandeelhouder

Indien een directeur-grootaandeelhouder (dga) werkzaam is voor zijn eigen bv zal hij doorgaans een gebruikelijk loon genieten. Als de coronacrisis grote gevolgen heeft voor de omzet en de liquiditeit van de bv mogen de bv en de dgaDGA een lager loon afspreken. Het directe effect is dat er minder loonheffing afgedragen dient te worden. Aan het einde van het jaar dient te worden bezien wat het gebruikelijke loon voor 2020 had moeten zijn en dient de bv op dat moment hiervoor de aangifte loonheffingen in. Op deze manier wordt uitstel van betaling van loonheffingen geëffectueerd, waarbij we willen benadrukken dat het om een uitstel gaat. In december zal immers over het aan te geven gebruikelijk loon een afdracht moeten plaatsvinden.

Het afspreken van een lager gebruikelijk loon kan slechts voor toekomstige nog te ontvangen loon (geen terugwerkende kracht voor reeds betaald salaris).  Deze mogelijkheid ontslaat de bv overigens niet van het indienen van de periodieke aangifte loonheffingen. 

Meer informatie?

Neem contact op met uw RSM-adviseur om te bespreken welke maatregelen voor u en uw onderneming relevant kunnen zijn.

cover_20200422_recente_fiscale_en_financiele_maatregelen_in_verband_met_de_coronacrisis.jpg

Download 'Recente fiscale en financiële maatregelen in verband met de coronacrisis' in pdf

Wilt u meer informatie over de fiscale en financiële aspecten van de corona-maatregelen, bezoek dan onze speciale themapagina over het coronavirus >>>